• Hoogrisicohonden na incident vaker aangegeven

Hoogrisicohonden na incident vaker aangegeven

Leestijd
4 minuten
Tot nu toe gelezen

Hoogrisicohonden na incident vaker aangegeven

ma, 07/10/2017 - 16:25

Terwijl de rasspecifieke wetgeving (BSL, breed specific legislation) in Nederland in voorbereiding is, zien we steeds vaker onderzoeken uit landen waar de wetgeving al jaren aanwezig is waaruit blijkt dat de BSL weinig effect heeft. 

Het meest recente onderzoek komt uit Ierland, waar een aantal “vechthonden” (hoog-risicohonden) inderdaad onder de BSL valt. Daar werd gekeken of er verschil is in het type bijtincidenten tussen wel- en niet “hoogrisico”honden (leeftijd van het slachtoffer, locatie van de beet, historie van agressie, relatie met de hond, en ernst van de beet). Ook werd via interviews gesproken met “dog control enforcement officers”, zeg maar dierenpolitie, over de uitvoering en de perceptie van de geldende wetgeving. De conclusies, de honden geclassificeerd als hoogrisico-honden werden door de slachtoffers vaker als agressief gezien, en bereid tot sneller bijten. De niet-risicohonden beten vaker terwijl de eigenaar aanwezig was, en ook meestal op eigen terrein. Een beet door een niet-risicohond werd veel minder vaak aangegeven bij de autoriteiten in vergelijking met een beet van een hoogrisicohond. Verschil in leeftijd van de slachtoffers, locatie van de beet (arm, been, nek etc), agressiehistorie of de begeleiding van een gedragstherapeut werd niet gevonden tussen wel- en niet-risicohonden*. Ook was er geen statistisch verschil in de ernst van de beet of de medische behandeling noodzakelijk. De onderzoekers concluderen dan ook dat de verschillen die wel gevonden zijn in aangifte bereidheid, triggers voor bijten en plekken waar het slachtoffer gebeten is vooral voorkomt uit de perceptie van het slachtoffer over de hond. Met andere woorden, mensen geven een hoogrisicohondenbeet vaker en sneller aan bij de autoriteiten, en zien deze ook als ernstiger.

In Ierland vallen een aantal rassen sinds 1998 onder de BSL. Het gaat om 11 rassen en kruisingen daarvan, American Pit Bull Terrier, Bull Mastiff, Doberman Pinscher, English Bull Terrier, Duitse Herder, Japanese Akita, Japanese Tosa, Rhodesian Ridgeback, Rottweiler, Staffordshire Bull Terrier en elk type hond bekend als Bandog. Bedoeling was, net als in Nederland, om het aantal ernstige bijtincidenten te verminderen. Aanvankelijk werd gedacht dat de genoemde rassen en kruisingen agressiever zuden zijn, meer recent werd aangevoerd dat de beet van deze rassen gewoon ernstiger was in vergelijking met niet-BSL-rassen. De onderzoekers haddeen uit ander, internationaal, onderzoek al gevonden dat BSL-wetgeving in veel landen maar heel beperkt werkte, onderzoek naar het aantal slachtoffers dat in het ziekenhuis terechtkwam voor en na invoering van de wet liet zien dat er eigenlijk geen verschil was in ernst en aantallen. Voorzichtig suggereren de onderzoekers dan ook dat de randeffecten, waaronder meer aandacht voor hondenbeten en veiligheid, eerder verantwoordelijk zijn voor een –vaak tijdelijke- afname van het aantal bijtincidenten dan de rasspecifieke maatregelen zelf. En, zo melden de onderzoekers op basis van de theorie van statistiek, om één geval van ziekenhuisopname door hondenbeet per stad minder te krijgen, zouden 100.000 hoogrisicohonden uit de populatie moeten verdwijnen (gebaseerd op “number-needed-to-treat). Twee ziekenhuisopnames minder zou dan 200.000 honden betekenen, etc. etc.

Mensen zien niet-risicohonden als “niet gevaarlijk” en zijn veel toleranter jegens die rassen. Minder vaak melding van bijtincidenten maken behoort daartoe.

Het onderzoek werd uitgevoerd via een enquête, waarbij de hele Ierse bevolking werd uitgenodigd via radio en TV om mee te doen. De enquêtes werden tussen juni 2016 en maart 2016 afgenomen. Iedereen die ooit in Ierland door een hond was gebeten, kon meedoen. Bij de uiteindelijke evaluatie van de antwoorden werden kleine rassen (Chihuahua etc.) niet meegenomen, omdat deze niet vergelijkbaar zijn qua grootte etc. met hoogrisicohonden. Ook beten door honden onder de zes maanden (pups) telden niet mee. Kruisingen en honden waarvan het ras niet kon worden vastgesteld telden ook niet mee, dit zou de uitkomsten mogelijk vervuilen. Of een hond met of zonder stamboom was telt uiteraard ook niet, dat kan het slachtoffer moeilijk aan de buitenkant zien. Uiteindelijk bleven zo 140 bijtincidenten over, 40 met hoogrisicohonden, 100 met andere, niet-risicohonden.

beten per ras


Lees ook: Hoogrisicohonden, wat is nu wel of niet besloten?


Zoals gezegd bleek er geen verschil tussen de leeftijd van het slachtoffer en het soort hond, noch qua locatie op het lichaam waar het slachtoffer gebeten werd. Wel was er verschil in de “trigger”, niet-risicohonden zouden vaker uit angst gebeten hebben, hoogrisicohonden vaker uit agressie, aldus de slachtoffers (perceptie). Niet-risicohonden beten ook vaker, volgens het slachtoffer, terwijl ze een object bewaakten. Bij niet-risicohonden gebeurde het incident vaker in het bijzijn van de eigenaar op het eigen terrein van de hond. Ook beten deze honden vaker bij bijvoorbeeld trimsalons of dierenartsen dan hoogrisicohonden. Opvallend, alhoewel er statistisch geen verschil was tussen het aantal bijtincidenten tussen beide ‘soorten’ honden, werden beten door niet-risicohonden veel minder vaak (statistisch significant) gemeld bij de autoriteiten dan beten door een hoogrisicohond. Er was geen verschil in de ernst tussen de rassen, oftewel, de beten van hoogrisicohonden hadden niet vaker medische attentie nodig. En nogmaals perceptie, de “dog control officers” vonden vrijwel allemaal dat de BSL effectief was, en dat HR-honden grotere schade aanrichten bij een beet dan niet-risicohonden.

reden

De onderzoekers concluderen voorzichtig dat de BSL vooral de perceptie beïnvloed. Mensen zien niet-risicohonden als “niet gevaarlijk” en zijn veel toleranter jegens die rassen. Minder vaak melding van bijtincidenten maken behoort daartoe. Als selffulfilling prophecy zal dit daarom het aantal bijtincidenten in de perceptie van autoriteiten en het grote publiek doen toenemen, immers, de Labrador die bijt komt zelden in de media. De BSL zorgt er blijkbaar ook voor dat eigenaren van HR-honden beter opletten, omdat niet-risicohonden vaker beten terwijl de eigenaar aanwezig was. “Owners from legislated breeds may be more likely to take precautions (e.g. continuous supervision) with their dogs compared to non-legislated owners.” Aldus de onderzoekers.  Indirect dus wel een effect van de BSL.

Ook opvallend is de conclusie dat de beet van een HR-hond in dit onderzoek niet ernstiger (of minder ernstig) was dan dat van niet-risicohonden. “In other words, legislated breeds were found not to have a greater likelihood of inflicting greater injury and a differing bite type compared to non-legislated breeds. While a greater ability to inflict bites of greater severity and requiring more medical attention is frequently attributed to legislated breeds, these results do not provide evidence in support of these assertions.”

De onderzoekers waarschuwen ook nog voor een onbedoeld neveneffect. Bedenk het scenario waar een hond begint te blaffen na inbreuk op zijn persoonlijke ruimte door een mens. Als de hond een BSL-ras is, kan de persoon dit gedrag zien als een gevolg van de 'agressieve aard' van dergelijke rassen. Anderzijds kan de persoon de waarschuwingssignalen missen van een niet-BSL-ras. In beide gevallen kan de persoon de trigger niet herkennen, en dus het gedrag van de hond niet correct interpreteren of adequaat reageren, waardoor het risico dat de hond bijt juist groter wordt. Kort samengevat, niet-risicohonden doen in de perceptie van het grote publiek toch niets?

ernst

De onderzoekers concluderen dan ook dat BSL vooral contraproductief werkt. Ook het dierenwelzijn is niet bij dit soort wetgeving gebaat, HR-honden worden te vaak niet geaccepteerd in asiels voor adoptie etc. Volgens de onderzoekers zou een niet-rasgebonden wet waarin potentieel gevaarlijke honden ongeacht ras worden beschouwd, effectiever zou zijn.

* waar gesproken wordt over niet-risicohonden is dit alleen om een onderscheid te maken met hoogrisico-honden, niet om aan te geven dat andere honden geen risico geven.

bron

Dog bite injuries to humans and the use of breed-specific legislation: a compar…