Geen strengere strafmaat voor hondenvechters
De huidige straffen die worden uitgedeeld aan mensen die hondengevechten organiseren, zijn hoog genoeg. Ook zou een levenslang houdverbod voor mensen die gevechten organiseren of honden fokken voor vechtdoeleinden geen oplossing zijn. Want een levenslang houdverbod betekent ook levenslang toezicht op die personen. En dat uitvoeren is “gecompliceerd”, aldus minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid in antwoord op vragen van kamerlid Wassenberg van de Partij voor de Dieren.
Wassenberg had vragen gesteld naar aanleiding van de strafmaat die aan organisatoren van de “Amersfoortse hondengevechten” waren opgelegd. Op dit moment is de maximum straf hiervoor drie jaar cel of een geldboete van ruim 20.000 euro. Ook kan een beperkt houdverbod worden opgelegd, echter niet langer dan drie jaar.
De minister vindt die straffen echter hoog zat, en deelt de mening van Wassenberg niet dat de strafmaat strenger kan. “De wettelijke strafmaxima zijn in overeenstemming met de ernst van de feiten.
Het is aan de rechter voorbehouden om de meest aangewezen straf - naar soort, lengte of omvang en modaliteit – te bepalen. Hij weegt daarbij alle factoren tegen elkaar af die hij voor het bepalen van de straf van belang acht. In de praktijk is ook niet gebleken dat het huidige strafmaximum ontoereikend is.” Een dus is Grapperhaus niet van plan om hogere straffen mogelijk te maken
Ook vindt de minister niet dat er meer aandacht voor de bestrijding van hondengevechten moet komen. Volgens Grapperhaus is de prioritering een zaak van de lokale politie. “Indien aangifte wordt gedaan van een dergelijk strafbaar feit, zal uiteraard worden bekeken of opsporing en vervolging mogelijk is en in de rede ligt.”
In het voorjaar van 2020 gaat er wel een wetsvoorstel naar de Raad van State waarin dhet OM de mogelijkheid krijgt om direct een houdverbod op te leggen, zodat niet eerst de onherroepelijke uitspraak moet worden afgewacht voordat een hondenvechter een houdverbod krijgt (en in casu dus tot aan die uitspraak andere honden kan houden fokken en trainen). Dat een daarna opgelegd houdverbod ook levenslang zou moeten zijn, vindt Grapperhaus niet “Een opgelegde sanctie moet proportioneel zijn aan de gepleegde strafbare feiten. In de praktijk blijkt het huidige strafmaximum van drie jaar en de maximale proeftijd van tien jaar bij een voorwaardelijke straf op dit moment toereikend.”