Britse Dierenartsvereniging waarschuwt voor “Trojan dogs”
Het aantal adoptiehonden vanuit andere landen naar Engeland is de laatste jaren sterk gestegen. Mensen kiezen steeds vaker voor een herplaatser uit Spanje, Griekenland, maar ook bijvoorbeeld Hongarije of Litouwen.
Een nobele zaak voor degene die de honden een beter leven gunnen, maar in een blog op de website van de BVA, British Veterinary Association, worden ook de risico’s hiervan besproken.
De blog, geschreven door “Professor the Lord Trees” laat een kritische noot horen over het adopteren en herplaatsen van honden uit het buitenland. Zijn zorgen gaan over geïmporteerde honden uit landen waar ziektes voorkomen die niet inheems zijn in Engeland. Zo noemt hij babesiose, een ziekte die vooral voorkomt in het gebied rond de Middellandse zee, maar in 2016 werd aangetroffen bij 4 honden in Essex, Engeland. Andere risico’s zijn volgens hem ehrlichiose en leishmania, maar ook rabiës.
Engeland heeft de rabiës-vrij status en hanteert een relatief streng beleid voor het importeren van honden, katten en fretten. Dit beleid is sinds een aantal jaar iets minder streng geworden, en tegelijkertijd is het aantal honden uit landen met een hoog risico op rabiës sterk toegenomen. Zo was de toename van geïmporteerde honden uit Hongarije tussen 2011 en 2013 een forse 663%, en uit Litouwen zelfs met 780%. In beide landen is er een hoog risico op rabiës in wilde dieren, zo schrijft hij.
Hoewel hij ook zegt te begrijpen dat mensen deze honden adopteren vanuit liefde en om ze een beter leven te geven, wil hij de focus leggen op asielhonden uit eigen land. “De organisaties in ons eigen land verrichten over het algemeen goed werk als het gaat om het in kaart brengen van de karakters en gezondheid van de hond voordat ze worden geplaatst in een voor hen geschikt gezin. Dit houdt in dat er minder kans is op dure dierenartsrekeningen of mislukte herplaatsingen.” Hij roept mensen op om na te denken over de afweging van de voor- en nadelen van het importeren van buitenlandse asielhonden.
“Het importeren van een “trojan dog” kan potentieel meer kwaad dan goed doen.” Hiermee doelt hij op het verspreiden van buitenlandse ziektes onder de Britse hondenpopulatie.
Zijn blog is echter niet alleen gericht op het beschermen van de honden die al in Engeland leven. Hij benadrukt ook dat een aantal van deze ziektes, waaronder babesiose, ehrlichiose en rabiës zoönose zijn: ze kunnen worden overgedragen van dier naar mens. Daardoor kan het importeren van honden die een ziekte onder de leden hebben ook een risico vormen voor de volksgezondheid. Het probleem is volgens hem dat van veel straathonden en asielhonden geen historie over de gezondheid bekend is. Ook honden die bij binnenkomst in Engeland klinisch onderzocht en geënt worden kan er een sprake zijn van een ziekte in incubatietijd, waardoor de hond nog geen symptomen laat zien maar de ziekte al wel kan verspreiden.
Om deze risico’s te verkleinen doet de professor in zijn blog een oproep aan de Britse overheid. Hierin stelt hij dat de rabiës titerbepaling weer verplicht moet worden voor honden, katten en eventueel ook fretten die het land in komen. De import van honden uit landen met een hoog risico op rabiës moet volgens hem aan banden gelegd worden. Verder pleit hij voor een verplichte test op ziektes als babesiose en ehrlichiose voordat honden geïmporteerd mogen worden, een verplichte teken- en wormenbehandeling voor honden die het land in reizen en de wachttijd na de rabiës vaccinatie te verlengen naar 12 weken. Dit alles is slechts een kleine greep uit de aanbevelingen die hij doet aan de overheid om Engeland te beschermen tegen exotische ziektes verspreid door huisdieren. Via de BVA website zijn alle aanbevelingen van de organisatie op dit gebied te lezen, klik hier.
bron