Engeland gaat teckels screenen voor IVDD
De Dachshund Breed council in het Verenigd Koninkrijk heeft, in nauwe samenwerking met de CVS-group (een samenwerkingsverband van ca. 1000 dierenartsenpraktijken in het VK) een grootscheeps screeningsprogramma opgezet om IVDD, Intervertebral Disc Disease, bij dashonden (teckels) op te sporen. IVDD is het meest voorkomende probleem bij teckels, in ieder geval in het VK, waar één op de vier teckels door de ziekte getroffen wordt. In de volksmond heet de ziekte, naast de andere fraaie Latijnse term hernia nucleus pulposus, ook wel teckelverlamming. Niet helemaal terecht, omdat de aandoening ook bij andere hondenrassen voorkomt, maar bij teckels is de incidentie hoog.
Hernia nucleus pulposus wordt veroorzaakt door aantasting van tussenwervelschijven, aldus het LIGC. De tussenwervelschijf is een structuur tussen de wervels die schokken opvangt en de wervelkolom stabiliseert. Normaal gesproken gaan de tussenwervelschijven geleidelijk achteruit (degeneratie) tijdens het ouder worden. Dat gebeurt bij elke hond, maar bij teckels gebeurt dit vaak al op een veel jongere leeftijd. Als de ring rond de tussenwervelschijf doorbreekt ontstaat een hernia en kunnen naast pijn ook verlammingsverschijnselen optreden. Symptomen van problemen met de tussenwervelschijven zijn bijvoorbeeld dat de hond niet meer wil wandelen, springen of traplopen en laat merken dat hij pijn heeft bij het aanraken van bijvoorbeeld de nek. Hernia kan leiden tot niet meer willen springen of lopen, problemen met ontlasting en verlammingsverschijnselen zoals slepen met de voet of de poten. Bij een hernia kan een operatie af en toe helpen, maar helaas vaak niet (bron LICG)
Het screeningsprogramma in het VK komt voor uit eerdere onderzoeken in Scandinavië, waar bleek dat er een duidelijke correlatie is tussen verkalking van de tussenwervelschijven en het optreden van feitelijke hernia. Door een röntgenonderzoek bij honden tussen de 2 en 4 jaar is goed vast te stellen of er inderdaad snel kans is op het optreden van ernstige vormen van hernia. Bovendien, indien veel honden gescrend worden is ook het fokprogramma goed instelbaar, waardoor deze gedeeltelijk erfelijke aandoening mogelijk voor toekomstige generaties bestreden kan worden. Overigens is er nog geen DNA-onderzoek mogelijk, de genen die mogelijk verantwoordelijk zijn voor het optreden van IVDD zijn nog niet geïdentificeerd. Wel is het vaststaand dat IVDD erfelijk is, en dat 15-20% van de teckels wordt getroffen. Tussen de leeftijd van 2 en drie jaar is het aantal verkalkte tussenwervelschijven –volgens onderzoek- het hoogst, na het vierde jaar neemt het aantal af juist door het scheuren van de tussenwervelschijven. Vandaar onderzoek tussen de 2 en vier jaar. Recenter onderzoek laat ook zien dat het risico op hernia gerelateerd is aan het aantal verkalkte schijven, zijn er met twee jaar meer dan 5 schijven verkalkt is het risico op hernia 60%.
Volgens Ian Seath, voorzitter van de Breed Council is het röntgenonderzoek momenteel de beste manier om op termijn het genetische risico bij alle zes de teckelvarianten genetisch terug te dringen, omdat het fokken met honden zonder de aandoening straks aangemoedigd gaat worden, en het fokken met honden die wel aan IVDD lijden wordt ontmoedigd. Het nieuwe screeningsprogramma in het VK is ook vooral op de toekomst gericht, honden die gediagnosticeerd worden tijdens de screening met IVDD kunnen wellicht als het in een vroeg stadium is langer van een relatief goede kwaliteit van leven genieten door een aangepaste lifestyle, de aandoening is feitelijk niet te genezen.
Ook in Nederland is aandacht bij de rasvereniging voor hernia. Alleen is screening zonder dat er klachten zijn nog geen onderdeel van het beleid. In Nederland worden teckeleigenaren wel gevraagd om –als er hernia geconstateerd wordt- dit via een meldingsformulier bij de rasvereniging op te geven.
bron